Twee partijen op een dag, ja en nee... |
vrijdag 10 april 2009 | |||
Een hoogst enkele keer worden op een damtoernooi twee partijen op één dag gespeeld. Een dampartij op topniveau duurt gemiddeld vier tot zes uur. Twee partijen op één dag, acht tot twaalf uur, is dus wel wat veel van het goede. In dat geval is met recht sprake van, zoals de Belgische internationaal meester Oscar Verpoest het ooit omschreef, de dwangarbeiders van het dambord. Vrijwel alle topspelers vinden twee partijen op één dag daarom een crime. Het is bovendien niet te vergelijken met een achturige werkdag. Topsport op topniveau vergt nu eenmaal een topinspanning. Juist daarom is het verschijnsel van de twee partijen op één dag een geschikt middel om de mannen van de jongens te scheiden. Het spreekt voor zich dat de uitputtingsslag, die het toch vaak is, in het voordeel is van de jongere spelers. Zo ziet de oudste speler van het NK, de 56-jarige Frits Luteijn, de tweede ronde van vandaag met angst en beven tegemoet. Dit ondanks het feit dat dit fenomeen hem een ritje naar huis scheelt. De nestor van het gezelschap vertrekt namelijk na iedere partij naar huis, (Huissen-Dordrecht) altijd nog zo’n honderd kilometer. In het convenant dat de topdammers aan het begin van het toernooi met de KNDB sloten staat expliciet vermeld dat het spelen van twee partijen op één dag maximaal twee keer in een toernooi mag voorkomen. Op Tweede Paasdag worden de achtste en negende ronde gespeeld.
|